Wat afgesplitst is

Drie. Een jaar of drie. Bevroren in een zolderraam, adem in, je blik vast op één punt. Misschien is dat wel waar je staren ooit begon. Je kunst om via ogen, langs een blik, het niets in te vertrekken. Hoe lang je daar soms hebt gezeten mag Joost weten. Al wist ook Joost het nooit. Waar was hij, überhaupt?

Waar was hij toen je daar zo voor je leven vreesde?

Zonder haar kon jij niet leven. En precies dat was ook het punt, daar in dat zolderraam. Of ze nog wel leefde.

En of jij morgen nog wel bestond.

Lees verder

Waar geen woorden voor zijn

De leegte. De leegte, en het eindeloze. Het vallen en verdwijnen, in niets dan donker, duister, dood. Daar waar je je doods voelt, of met de dood bedreigd voelt. Soms was het zo, soms leek het zo. Soms twijfel je of het zo was, of leek. Want in al dat lege en eindeloze was voor van alles ruimte, maar niet voor helderheid van geest.   

Of woorden.

Het is niet dat ze steeds ontbreken, die woorden. Soms brengen ze je ver en hoog, maken ze duidelijk, inzichtelijk, begrijpelijk. Maar soms dus ook monddood. Jou, op de eerste plaats. Nog voor de vraag gesteld, hardop of door jezelf, rest er niets dan zwijgen. Het eeuwige, eenzame, Indische zwijgen.

Sudah, laat maar.

Lees verder

You have to feel it, to heal it

Ik vind dader een ingewikkeld woord” zei je uiteindelijk, al even starend naar één vast punt op de vloer.

Snap ik” zei ze kalm.
Confronterend hè?

Je voelde hoe in een split second alles in jou verstrakte. Hoe je je adem in hield, je linkervoet zich vastzette in de grond, je handen in elkaar knepen en het mistig werd in je hoofd. Hoe, terwijl zij verder sprak maar je haar allang niet meer hoorde, delen in jou afwisselend vochten, vluchtten en bevroren. Hoe alles in jou wilde gaan, maar tegelijkertijd niet wilde vertrekken.

Je was ook niet gekomen om weer te vertrekken, tenslotte. Je was gekomen om te leren blijven

Lees verder

TraumaNet – Online platform over trauma, (zelf)hulp en herstel

Het idee om aan TraumaNet te gaan bouwen ontstond al zeker twee, drie jaar geleden, maar het had tot dit huidige moment nodig om het ook daadwerkelijk te gaan doen. Ironisch, of misschien eerder toepasselijk genoeg, had dat voor een groot deel te maken met mijn eigen ervaring met trauma. En meer nog met de langdurige gevolgen ervan.

Hoewel ik van uitdagingen hou en niet terugdeins voor avontuur, hou ik minstens zo veel van controle en voorspelbaarheid en voel ik me niet snel op m’n gemak in een situatie die ik moeilijk kan overzien. Ik word onrustig van open eindjes, van gebrek aan houvast of een duidelijke structuur, en vertrouw er bij voorbaat niet op dat ik iets kan, of dat het goed komt. En zeker niet dat er anderen zijn om me te helpen, ook al weet ik verstandelijk gezien best dat dat wel degelijk zo is.

Je hoeft uiteindelijk alleen maar om hulp te vragen, maar voor iemand die in het contact met een ander is geschonden, blijkt dat steeds opnieuw one hell of a job

Ik wilde twee, drie jaar geleden al aan TraumaNet gaan bouwen, maar het kostte me tijd om het oude vertrouwde los te durven laten om zo ook ruimte te creëren voor iets nieuws. Het kostte me ook tijd om anderen deelgenoot te maken van het TraumaNet idee, en veel meer nog de missie om zoveel mogelijk mensen die – direct en indirect – te maken hebben (gehad) met trauma, goede informatie en handvatten te bieden. Omdat ik erin geloof dat kennis macht en kracht geeft, en het je in combinatie met de juiste handvatten en inspiratie op weg kan helpen naar een vrijer leven. Een leven voorbij trauma.

Aan die missie ga ik nu bouwen, niet alleen, maar samen. Want als ik in de afgelopen jaren iets heb geleerd, dan is het wel dat trauma zich alleen in verbinding laat helen.

Helen doe je dus niet alleen, helen doe je samen.

Ga naar www.traumanet.org voor meer informatie over het initiatief en hoe jij kunt helpen.

De man die heelt

Al fietsend op een gele brug besefte je je plots: er zijn mannen die je breken, maar ook mannen die je helen. Beiden kruisten ze jouw leven, sommigen maar kort, anderen juist veel te lang. Al was het soms maar even.

Ook even duurt wel eens te lang

Lees verder

Leuk lijf?

Heb jij eigenlijk een leuk lijf?”

Ze vroeg het je op wat voor jou als een onbewaakt moment voelde, zo half ontbloot liggend op je buik met je armen strak naast je lijf. Al vroeg je je meteen ook af of zoiets überhaupt bestaat, een bewaakt moment. En wie die dan bewaakt. Toch overviel het je, haar vraag. Terwijl zij met koude maar ferme handen de stress uit je rechterschouder probeerde te werken, al zeker een minuut zwijgend, stelde ze hem plots.

Lees verder

Luctor et Emergo

It’s about shame, disgust, and losing every sense of dignity” schreef je, en al wachtend op een vroege trein naar het Zuiden voel je weer dat het waar was. Dat het nog altijd waar is.

Je hoeft je ogen niet eens te sluiten om weer voor je te kunnen zien hoe je laatste gevoel van trots, van waardigheid, op een druilerige dag in oktober in duizend stukjes uit elkaar spatte en je verslagen achterliet. Verslagen en gehavend.

“It’s about darkness, silence, and secrecy” schreef je.

Lees verder

Liever sterven, dan boos zijn

Misschien dat je het recht wel had. Misschien dat het ondanks alles had gemogen. Misschien dat het – boven alles – ook de enige juiste reactie was geweest. Een kloppende reactie was geweest, in ieder geval. Maar je kon het niet. Alles in jou kon het niet, en durfde vooral ook niet.

Liever sterven, dan boos zijn

Lees verder
tweede persoon enkelvoud

Tweede persoon enkelvoud

Van die dagen in tweede persoon enkelvoud, die je soms wel, soms niet, in meervoud laten eindigen. In delen van jezelf, van toen, van later. Sommigen bekend, maar sommigen ook niet. En misschien dat het juist wel de onbekende fragmenten zijn, die je het langste achtervolgen. Die het diepst verankerd zijn, het zwaarste wegen en die jou, in alle ongrijpbaarheid, het meest hebben gegrepen.

Het meest weten te grijpen.

Lees verder

Opdat we nooit vergeten

Zuster?” hoorde je zachtjes roepen. “Zuster?

Het was bijna half elf. Net toen je dacht dat iedereen eindelijk rustig lag te slapen en je een eerste zin in een dossier wilde typen, klonk er vanuit de linkervleugel plots geroep. Het bleek de zoveelste verrassing van de avond, die in haar geheel al niet volgens plan of verwachting verliep.

Zuster, ik moet u nog wat vertellen” riep ze

Lees verder

In de maneschijn, in de maneschijn

Wil jij naar kamer 20 gaan? Hij heeft steunkousen, liggen als het goed is op z’n stoel, en als het lukt, trek hem dan gelijk schone kleren aan. Hij kan soms wat lastig zijn, maar hij doet niks hoor. Ik heb toestel 2, bel maar als er iets is.

Er volgde een zelfbewust moment waarin je je een aantal seconden afvroeg hoe je in hemelsnaam met schort, twee paar handschoenen, mondmasker en spatbril op een afdeling met ernstig dementerende bewoners was beland, maar voor je dat besef goed en wel kon laten inzinken, vroeg gerinkel in de woonkamer je aandacht.

Lees verder

Met het mes op tafel

In 4VWO moest elke leerling bij Nederlands een betoog houden over een onderwerp dat hen interesseerde. Voor sommigen was alleen al het selecteren van een onderwerp dat hun interesse had een hele opgave, maar niet voor jou. Net zomin vond je, in tegenstelling tot veruit de meesten, spreken voor een groep een probleem.

Wat jou past echt angst en verdriet aanjaagde, was het steeds maar moeten zwijgen

Lees verder

Met de duivel op de hielen

Mijn probleem zit niet in mijn hoofd, het zit in mijn lijf’ zei je.
Als je met me blijft praten, kom je nooit bij mijn pijn’ zei je. En God wat bleek dat ook nu weer waar.

Na de zoveelste dag waarin je met je ziel onder je armen rondzwierf en je geest eerder nergens dan ergens verbleef, had je opeens de woorden voor het bijpassende gevoel: met de duivel op de hielen.

Lees verder
this way

Ago ergo sum

Maar wanneer gaat het dan écht niet meer? Hoe weet je dat je de grens bereikt hebt?” hoor je haar zeggen aan de andere kant van de lijn. En je lacht.

Niet omdat het leuk is, wel omdat het is alsof je jezelf hoort praten. En omdat je weet dat deze vraag stellen, hem beantwoorden is. Zeker voor het type mens dat jullie zijn; te goed voor de wereld, te slecht voor jezelf.

Als ik die ene groep nou niet meer zou hebben, dan gaat het misschien nog wel” hoor je haar zeggen. En je lacht, om al die keren dat jij jezelf net zo voor de gek hield met pleisters op gapende wonden plakken, hopende op genezing. Of toch in ieder geval verlichting van je klachten.

Lees verder

Niemand leeft in Achteraf

Hadden we je nooit toegelaten, was dit alles dan nooit gebeurd? Was het dan nooit zo ver gekomen? Nooit zo ver geëscaleerd?

Achteraf rijzen altijd de vragen

Achteraf had alles anders kunnen zijn. En beter ook, vooral. Maar niemand leeft in het Achteraf. Dus moeten we door, maar het is nog veel te vroeg voor rechtdoor of vooruit. Er staat nog zoveel te gebeuren voor we die weg weer kunnen gaan. En laat dat alsjeblieft met ons samen zijn, zonder dat we iemand onderweg verliezen aan het gevaar dat op de achtergrond al zo lang dreigt.

Lees verder